De imker De lokatie De bijenkasten en -volken De honing Terug naar boven

De imker

ben ik

Hoi, ik ben Ties van der Schaaf, hobbyimker sinds 2019. Al heel lang bezig met plantjes en insecten, en in 2018 heb ik besloten om te gaan imkeren. Ik heb de imkercursus gevolgd bij de imkervereniging in Veldhoven.

Zelf woon ik in veldhoven in een rijtjeshuis en alhoewel ik in de zomer soms een paar kleine bijenkasten in de achtertuin heb staan, is mijn woonplek te klein om mijn bijenkasten bij het huis te hebben. Net zoals vele andere imkers heb ik daarom mijn bijenkasten op een andere plek staan waar veel ruimte is.

Mocht je met me in contact willen komen, mijn emailadres is imker@thism.nl

De lokatie

PA

Mijn bijenkasten staan sinds een paar jaar in het gebied de Poortakker. De Poortakker is een buurtje oostelijk van Knegsel, midden in de Brabantse Kempen. Bijen vliegen tot een paar kilometer om nectar en stuifmeel te zoeken maar dat is hier totaal niet nodig. Oostelijk en zuidelijk van de lokatie zijn er loof- en dennenbosgebieden waar altijd wel wat te halen valt, maar daarnaast staan de bijenkasten op de rand van de bebouwing van Knegsel. En een dorp of een stad is voor bijen een fantastische plek, omdat iedereen allerlei mooie bomen, struiken en planten in de tuin heeft die op verschillende momenten bloeien. Daarnaast zijn er in de onmiddellijke omgeving een aantal verbindingswegen waar van oudsher allemaal lindebomen langs staan. Lindebomen zijn een goede en belangrijke nectarbron voor de bijen, ze bloeien rond medio juli, en dat is ideaal voor het imkerseizoen.

PA

Ik reis niet met mijn bijen. Sommige imkers reizen met hun bijenvolken voor bepaalde drachten (kers, peer, pruim, appel ed in het voorjaar, bijvoorbeeld balsemien en heide in het najaar) naar boomgaarden, heidegebieden en bijvoorbeeld de Biesbosch. Het levert zeker specifieke lekkere honing op maar het kost nogal wat tijd en moeite, en het gaat mij meer om het imkeren zelf.

De bijenkasten en -volken

PA

Ik imker met dbplus kasten. Dit zijn kunststof dadant blatt bijenkasten. Ik gebruik geen aparte broedkamers maar alleen honingkamers, zowel voor de honingopslag maar ook als broedkamers. Daardoor zijn uitgebouwde ramen in de kamers universeel te wisselen. Qua methode volg ik dan ook niet de dadant aanpak (einengen, sluitblokken en zo) maar meer de spaarkast methode.

Qua bijenras heb ik allemaal buckfast volken. daar ben ik mee begonnen en ik ben er prima tevreden over. Ik kweek in mei en juni met miniplus kastjes nieuwe volkjes met broed en bijen uit mijn eigen kasten. Om mijn bijen redelijk raszuiver te houden gebruik ik ook gekochte of gekregen buckfast F1 koninginnen, en vervang ik soms oudere koninginnen. F1 koninginnen zijn raszuiver en produceren bijen waar het vaak makkelijk mee is om te imkeren (rustig, productief).

Zie verder ook bij uitleg over DBplus kasten en bij uitleg over miniplus kasten

Een bijenvolk bestaat overigens uit 1 koningin, en van alle overige bijen is 99% een werkster (vrouwelijk) en 1% ongeveer een dar (mannelijk). De werksters verzorgen alle taken in de bijenkasten, de darren zijn er alleen om koninginnen te bevruchten. Een koningin in een volk gaat nadat ze uit de cel komt na een week ongeveer op paringsvlucht en wordt dan bevrucht door een twintigtal darren die ook rondvliegen. Een dar die gepaard heeft sterft onmiddellijk daarna. Een koningin slaat al het sperma op in haar lijf en dat is de hele voorraad voor de rest van haar leven.

In de zomer zitten er wel tot 50000 bijen in een volk, in het najaar bouwt dat aantal af en zal slechts een kleiner volk van 10000-20000 bijen overwinteren. Ook worden in het najaar alle darren door de werksters uit de kast verdreven omdat ze dan geen functie meer hebben voor de bijenvolken. Na een korte legstop in de winter begint de koningin in het begin van het jaar weer eitjes te leggen en vanaf ongeveer april begint het volk weer te groeien.

Waar in de zomer een werkster ongeveer 6 weken leeft, kan een winterbij wel tot 6 maanden overleven. Dit komt omdat winterbijen vrijwel niet vliegen en veel minder broed hoeven te verzorgen maar vooral overwinteren door op een tros elkaar en de koningin warm te houden. Koninginnen kunnen 3 tot 4 jaar oud worden.

Bijenkasten zijn vaak opgebouwd uit een bodem en een deksel met daartussen kamers, of bakken. Je ziet dat goed op de bovenste foto. In een bak zitten ramen, waar de bijen raat in bouwen. Bij de bodem van de kast zit een zogenaamde vliegplank, waar de bijen naar binnen en buiten kunnen. Bijen zullen van nature de honing zo ver mogelijk van de ingang van de kast opslaan, dat wil zeggen dat het broed voornamelijk onder in de kast zit, in de raat van de ramen in de onderste bakken, en de honing in de bovenste bakken. Om er voor te zorgen dat in de bovenste bakken ook alleen maar honing zit, wordt de koningin met behulp van een moerrooster in de onderste bakken gehouden. Dit moerrooster is zodanig dat werksters er wel door kunnen maar een koningin niet. De koningin kan dus alleen in de onderste bakken eitjes leggen. De werksters krijgen daardoor in de bovenste bakken alle ruimte om daar de honing op te slaan. Alleen de ramen in de bovenste bakken worden bij het honingslingeren gebruikt om honing te oogsten.

PA

De ramen bevatten cellen, dit zijn mooie zeshoekige structuren die door de bijen worden gemaakt met behulp van was. Deze was komt bij de werksters uit klieren op haar buik. Een raam bevat aan beide kanten cellen, per zijde zijn er dat bij mijn kast/raamtype ongeveer 2000. Er zitten 11 ramen in een bak. In een bijenkast van 3 bakken zijn er dus ruim 100000 cellen aanwezig.

PA

De levenscyclus van een bij is voor alledrie de types (koningin, dar, werkster) hetzelfde: eitje-larve-pop-bij. Er zit wel een verschil in hoe lang ze in elke fase zitten. De keuze om van een werkster eitje een koningin te maken ligt bij het bijenvolk. Als de koningin te oud is, haar sperma is op, of als de koningin spontaan is gestorven of verdwenen, of als het volk te groot is geworden voor de bijenkast, dan zullen de bijen een aantal jonge werkster larves anders gaan voeden en de betreffende cellen aanpassen. Deze koninginnencellen zien er uit als een soort van pinda die aan het raam hangt. De eerste koningin die dan uitkomt kan dan kiezen om te gaan zwermen als het volk te groot is geworden, of ze kan blijven (de andere koninginnen worden dan gedood).

verdere weetjes:

  • alleen de werksters kunnen steken, de darren en de koningin niet.
  • een werkster haalt in de zomer in haar leven ongeveer 1 theelepeltje honing naar de kast
  • bijen hebben 5 ogen, 2 facetogen en 3 boven op hun kop om zich te orienteren op de zon
  • bijen geven aan elkaar door waar er nectar te halen valt, ze doen dit door een soort van dansje, door in de vorm van een 8 rond te lopen en te trillen of schudden. de hoek van de 8 geeft de richting aan ten opzichte van de zon, en de heftigheid van trillen is een maat voor de afstand.
  • ook bijen hebben last van ziektes en van mijten. Het is de taak van de imker om volken hier op te monitoren en zonodig te behandelen.
  • bijen zuigen de nectar op door een soort van zuigbuis en vervoeren deze in hun lichaam. De nectar wordt dan ook in de honingmaag van de bij vermengd met enzymen en andere stoffen van de bijen. De nectar wordt in de kast weer “uitgebraakt” om in de honingcellen gestopt te worden.
  • de gele klompjes op de achterste poten van de bijen is stuifmeel. om bij de nectar te komen moet een bij vaak langs de stuifmeeldraden van de plant. Op de voorste poten zit een soort van kamachtige vorm waarmee de bij het stuifmeel naar de achterste pootjes “kamt”. Aan de achterste pootjes groeien haren in de vorm van een mandje waar het stuifmeel in verzameld wordt.

De honing

De boerderbij honing komt uit mijn eigen kasten. De honing wordt zelf geslingerd en in potjes gedaan. Alle honing wordt gehaald rondom de Poortakker. Er wordt niet gereisd met de kasten. Ik slinger meestal 2 keer per seizoen. Als het voorjaar goed is geweest slinger ik eind mei om de voorjaarshoning te verzamelen. Verder slinger ik soms in juli als het begin van de zomer (ook) goed is en de honingkamers weer vol raken. Ik slinger in ieder geval aan het einde van het seizoen, ergens halverwege augustus. In principe worden alleen ramen geslingerd waarvan het merendeel van de cellen is gesloten of als blijkt met een stootproef dat de honing goed is ingedikt en voldoende droog is.

De opbrengst aan honing varieert per jaar, sommige jaren is de opbrengst van mijn honing erg laag. Dat ligt dan aan het seizoen, dat bijvoorbeeld erg nat of erg koud is geweest, of door onvoorziene sterfte in mijn volken door natuurlijke oorzaken. De laatste jaren staat de honingopbrengst ook onder druk door de opkomst van de Aziatische hoornaar. Deze exotische wespachtige (niet te verwarren met de Europese hoornaar) die veel bijen en zelfs volken doodt, is ondertussen een behoorlijke plaag geworden voor imkers in Nederland. De bijen in Nederland hebben geen verweer tegen deze nieuwe rover, en ook de imkers weten nog niet goed hoe we deze plaag buiten de kasten kunnen houden. Gelukkig valt de impact daarvan op mijn volken nog mee. En soms hebben we ook gewoon een goed jaar met een prima verhouding zon en regen en warmte.

Doordat ik door de jaren heen veel afnemers heb gekregen die graag een paar potten honing kopen, en dus soms niet genoeg honing uit mijn eigen kasten heb, verkoop ik soms aanvullend ook honing die door de imkervereniging (waar ik lid van ben) is geoogst op de Biebult (omgeving middelbeers). Op het etiket is duidelijk zichtbaar waar de honing vandaan komt. Rechtsboven staat de lokatie en herkomst van de honing duidelijk vermeld. Ook deze honing is echte imkerhoning die ambachtelijk is verzameld en geoogst uit verenigingskasten. Deze kasten worden gebruikt om ieder jaar aankomende imkers de beginselen van de hobby te leren. Voor meer informatie over de imkervereniging en de betreffende lokatie zie de uitleg over dn Biebult

PA

De houdbaarheidsdatum van de honing wordt bepaald door het vochtgehalte in honing. Honing wordt gevormd doordat de bijen het vloeibare nectar opslaan in de cellen en vervolgens met behulp van warmte en ventileren dit laten indikken, waardoor water in de nectar verdampt. Als de nectar voldoende is ingedikt en droog is gemaakt wordt de cel door de bijen afgesloten met een kapje. OP de foto hierboven zijn de gesloten honingcellen goed te zien. Je ziet ook nog “glimmende” cellen, dit is dus nectar die nog niet is afgesloten. Bij het honingslingeren wordt er op gelet dat er alleen ramen worden geslingerd die in voldoende mate gesloten honingcellen bevat, waardoor de honing voldoende droog is. Honing die te nat is kan gaan gisten en is niet meer geschikt voor consumptie. Na het slingeren meten we van de geoogste honing het vochtpercentage met een refractometer. Daar wordt dan de houdbaarheidsdatum van afgeleid.

Honing kan gaan kristalliseren, dat wil zeggen hard worden. Dat is een natuurlijke eigenschap van honing en heeft te maken met de verhoudingen van de verschillende soorten suikers die in de honing zitten, en dat is weer gekoppeld aan de verschillende planten waar de nectar is gehaald. Er is niets mis met gekristalliseerde honing. Je kunt de honing weer vloeibaar maken door deze een aantal uren te verwarmen tot 30-40 graden. Maak de honing niet te heet, boven de ongeveer 45 graden verliest de honing veel van zijn gezonde eigenschappen. Ook dan is de honing nog steeds lekker (bijvoorbeeld in de thee), maar toch anders.

Honing moet je goed afgesloten en wat koeler bewaren, honing trekt vocht aan en dat vergroot de kans op gisten, en koelere honing zal minder snel kristalliseren.

Omdat de bijen zelf kiezen op welke planten ze vliegen om nectar te halen en de honing pas wordt verzameld na een bepaalde periode is niet te achterhalen welke planten hebben bijgedragen aan de smaak van de honing. De keuze om nectar te halen bij bepaalde planten is van veel factoren afhankelijk, en omdat in het vlieggebied van de Poortakker heel veel verschillende soorten planten bloeien is dat onmogelijk te voorspellen. Ook kan dit van seizoen tot seizoen en van week tot week verschillen, afhankelijk van het weer (bijen vliegen niet als het regent), de temperatuur (bijen vliegen niet als het koud is), het bloeimoment van planten, de mate van regen (planten geven meer of minder nectar afhankelijk van het vocht in de grond), andere plantengroei, snoeien van planten, problemen rond of in de kast zoals Aziatische hoornaars, mijtenbesmetting, koninginnenwissel, de keuze van bijen om langer of korter op een bepaalde plant te vliegen, en nog veel meer factoren. Toch vind ik iedere keer weer als er honing is geslingerd dat de nieuwste honing heerlijk van smaak is (lol).

Waarom staat er op het etiket dat je geen honing moet geven aan kinderen jonger dan 1 jaar?

Honing is een natuurproduct en bevat dus ook geringe hoeveelheden bacteriën. Die zijn voor een normaal mens totaal onschadelijk. Bij kinderen jonger dan 1 jaar is echter de darmflora nog niet volledig ontwikkeld, en kan deze bacterie overleven en kan dit in zeldzame gevallen leiden tot botulisme. Daarom staat deze waarschuwing op het etiket.